Leeuw Uiterlijk
Kop van de leeuw
Van alle roofdieren is het mannetje van de leeuwen het best te herkennen. Het mannetje heeft opvallende manen, het vrouwtje daarin tegen mist deze. Aan het gebit van de leeuw is te zien wat voor leven hij leidt. Een leeuw met een gaaf gebit heeft 30 tanden. Waarvan 12 snijtanden ( 6 boven en 6 beneden), 4 hoektanden ( 2 boven en 2 beneden), 6 valse kiezen boven en 4 beneden en 2 ware kiezen boven en beneden.Sommige tanden worden gebruikt om stukken vlees van een karkas af te scheuren, terwijl anderen er toe dienen die stukken te verkleinen. Door de stem te verheffen of te laten dalen of door harder of zachter te snorren kunnen leeuwen uiting geven aan genegenheid, vrees, opwinding en gevaar. De oorschelpen spelen eveneens een belangrijke rol bij de communicatie. Als het dier rustig is, liggen de oorschelpen gewoonlijk plat en worden iets achterwaarts gehouden. Als de oren worden opgezet en, met de binnenkant naar voren, strak worden gehouden, is het dier op zijn hoede.


Vacht van de leeuw
De leeuw heeft een kortharige pels, met een geelbruine kleur. De manen en staartkwast zijn veel donkerder. De kleur van de vacht komt pas een jaar na de geboorte. Dan hebben de leeuwen een gevlekt jeugdkleed.
Lichaam van de leeuw
In Afrika is de leeuw het grootste roofdier, na de tijger de grootste onder de katachtigen. Het mannetje is groter en zwaarder dan het vrouwtje. De leeuw kan een gewicht bereiken tot 200 kilo.De schouderhoogte kan variëren van 75 tot 112 centimeter en de lichaamslengte kan oplopen tot 2 meter. De staart kan tot iets meer dan 1 meter lang worden, in de staartkwast zit een merkwaardige hoornachtige stekel verborgen, waarvan de functie onbekend is. De leeuw kan zijn lichaam tot op grond drukken en toch de veerkracht in zijn poten houden. Dit is mogelijk doordat hij geen sleutelbeen heeft.
