Das
Uiterlijk
De das heeft een witte kop met 2 zwarte strepen die vanaf zijn snuit, over zijn ogen en oren, tot in zijn nek lopen. Zijn oren zijn zwart met een wit randje. De poten en buik zijn zwart, de staart is helemaal wit en de haren op zijn rug zijn grijs. De das heeft 2 lagen vacht, de onderste is wit donshaar en de bovenste laag zijn lange, stugge, rechte haren.


De das heeft een relatief kleine kop, met een buigzame snuit waarmee hij in de grond kan wroeten. Zijn nek is dik en kort, zijn lijf is lang en
wigvormig en zijn staart is kort, slechts 20 cm ongeveer. De staart van de vrouwtjes zijn vaak ovaal van vorm en die van de mannetjes meer
wigvormig.Hij heeft korte krachtige poten met lange sterke nagels. Door dat de das zo krachtig gebouwd is,
heeft het een ideaal lichaam voor zwaar graafwerk onder de grond. Het lijf kan tussen de 70 en 90 cm lang worden en 30 cm hoog.
De mannetjes zijn meestal groter, sterker en zwaarder dan de vrouwtjes.
Leefgebied en voedsel
De das komt voor in het grootste gedeelte van Europa en Noord-, Centraal- en Oost-Azië. De zuidgrens loopt van Zuid-Europa door Klein-Azië, Palestina, Iran, Tibet en China tot in Japan. De noordgrens loopt tot aan de poolcirkel. Ook komt hij op enkele eilanden in de Middellandse Zee als Rhodos voor.


De das heeft de voorkeur om voor een rustige plek voor het maken van hun burcht, een beetje beschermd tussen bomen en struiken.
En het liefst graven ze een hol in een helling. De das is een sociaal dier, er kunnen wel 15 dassen in 1 burcht wonen.
Ook kan het zijn dat er vossen bij de burcht in wonen. Ze zijn voornamelijk 's nachts actief. Ze eten overwegend regenwormen. Maar ook wortels,
vruchten, insecten, grassoorten, ratten, woelratten, spitsmuizen, vogels, jonge egels en konijnen.
Voortplanting
De paartijd voor de das is van februari tot oktober. De 1 tot 4 jongen worden het jaar erop in februari geboren. De jongen blijven 8 weken in de burcht.Helaas sterft 50 tot 70% al voor ze 1 jaar oud zijn. Het mannetje is met 2 jaar geslachtsrijp en het vrouwtje al met 1 jaar. In het wild kunnen dassen 15 jaar oud worden, in gevangenschap zelfs 19.
